Witte voetjes  (in steunkousen).    (Macaroni Dialogen 17)
Witte voetjes (in steunkousen). (Macaroni Dialogen 17)

Witte voetjes (in steunkousen). (Macaroni Dialogen 17)

pa-steunkousen

Ouderdom komt met gebreken, én met steunkousen.
Pa moest er wel aan wennen.

Het is echt nodig, meneer Van der Harst. Want uw voeten en onderbenen zijn te dik, er zit vocht in. Dat is niet goed.  Het oordeel van M. – de ouderenverpleegkundige – was duidelijk. Pa accepteerde met tegenzin dat zijn bestaan als 90-plusser in een nieuwe fase kwam.  

Getver! Het is wat als je ouder wordt, wat er dan allemaal op je af komt! Niet leuk. Mokte hij met een weinig overtuigende glimlach, terwijl M. zijn onderbenen behendig inzwachtelde – preventief zwachtelen, noemde M dat.
Die zwachtels laten we twee weken zitten. Als het goed is, worden uw onderbenen zo een stuk slanker. En dan kunt u de lichte steunkousen krijgen, die kunt u zelf aan- en uittrekken.  

Het alternatief –  stugge, echt strakke steunkousen – is volgens M. geen pretje. Dan zat Pa vast aan dagelijkse bezoekjes van hardwerkende thuiszorg medewerkers, die de kousen dan professioneel aan- en uit sjorren.

M. had het goed inschat. Twee weken later waren Pa’s benen weer tot een redelijk normale omvang geslonken. Hoera dus, hij kwam in aanmerking voor de lichte versie steunkousen. Een gespecialiseerde leverancier – Vinger aan de Pols  (ik heb de naam niet verzonnen – kwam de lichte steunkousen thuis aanmeten.

Pa reageerde luchtig toen hij de witte steunkousen voor de eerste keer aan had: Dat ik op mijn leeftijd nog een wit voetje haal, twee zelfs! Hij moest onder toeziend oog meteen even oefenen met aan/uittrekken. Dat uittrekken ging soepel, aantrekken was moeilijker.

Lukt het een beetje pa? 
Vroeg ik, toen hij moeizaam voorover buigend de hak van de kous over zijn hiel probeerde te wurmen.
Pff, nou, dat is best wel lastig. Want lite versie of niet, strak zit het wel, zo’n steunkous.

Ruim drie weken later is Pa gewend om die steunkousen te dragen. En dat er drie keer week een thuiszorgmedewerker ’s morgens langskomt om hem te helpen bij het aantrekken.

Alles went.  Nou ja… 

Soms vraagt hij tussen neus en lippen: ‘Hoe lang moet ik die dingen nu nog dragen?’ 

* * *

(wordt vervolgd)

 

(c) Bart van der Harst, De Macaroni dialogen – gesprekken met Pa ten tijde van het Corona Virus)